Kiekje
 
 
 
afbeelding afbeelding
«  Aflevering 164: Over angstaanjagende kiekjes en anti-semitische knotsendragers   »
 
Manon ontmoet Aleona in het bos, die net terug uit Oekraïne waar ze de inhuldiging van Joesjtsjenko heeft meegemaakt. Ze vertelt dat Joestsjenko vaart wil zetten achter het EU-lidmaatschap, maar dat hij dan wel wat aan de corruptie in zijn land moet doen en het feit dat er nog flink gemarteld wordt. Maar waar niet?

“Kijk maar uit met dat kleine hondje.” Het oude, dikke vrouwtje wijst met haar stok naar Bobbe, die in de buurt van twee fraaie, grote eenden scharrelt.
“Die eenden?” Manon kijkt naar de vogels die er met hun zwart omrande ogen inderdaad een beetje boosaardig uit zien. “Die kan Bobbe wel aan, hoor.”
“Dat zijn geen eenden, het zijn nijlganzen.” De vrouw loert naar de vogels. “Het zijn rotkrengen, die horen hier niet.” Het klinkt een beetje racistisch.
“Bobbe, kom hier.” Roept Manon als de nijlganzen dreigend op Bobbe aflopen. Bobbe kijkt aarzelend van het gevogelte naar Manon, maar komt dan braaf. Manon tilt haar op haar arm. “U bent een echte vogelkenner.”
“Ach,” de vrouw slaat bescheiden haar gerimpelde oogleden neer, “ik heb jarenlang in het vogelasiel gewerkt, dan leer je het wel. Maar nu gaat het bijna niet meer.” Ze wijst naar haar knieën. “Artrose. Dat doet verrekte pijn. Ik moet eigenlijk twee nieuwe knieën van de dokter.”
“Prachtig, toch! Dan bent u weer als nieuw.”
“Mij niet gezien.”
“Maar u loopt in ieder geval nog steeds in het bos.” Zegt Manon bemoedigend.
“Oh, ja! Altijd nog twee rondjes om de vijver. Ik moet in beweging blijven.”
“Dan moet u vooral niet te lang stil staan.” Manon zet Bobbe op de grond en gooit de tennisbal ver van de nijlganzen af. “Prettige dag nog.” Ze wandelt langs de beijsde vijver naar een bankje dat uitnodigend staat te lonken in het waterige zonnetje.
“Jammer, die is al bezet.” Zegt een hese stem achter haar. Geërgerd draait Manon zich om en ziet dan het lachende gezicht van Aleona. “Ik wilde ook net even van het mooie weer gaan genieten. Maar dan doen we dat samen.” Ze ploft op het bankje neer en klopt uitnodigend naast zich. Bobbe springt direct op haar schoot. “Hoe gaat het? Heb je nog wat gehoord van die jongen uit Thailand?”
“Guus.” Manon gaat zitten. “Nee, hij is niet meer gevonden. Maar zijn broer geeft niet op. Die is weer terug gegaan om verder te zoeken.” Ze heeft geen zin om verder over Guus te praten. “Hoe is het met jou?”
“Goed. Ik heb mijn moeder naar huis gebracht. Ze was niet meer te houden na de uitslag van de verkiezingen. En eerlijk gezegd,” Aleona buigt zich vertrouwelijk naar Manon toe en dempt haar stem, “was ik haar ook wel een beetje zat. Het is een lief mens, maar het was een heel gedoe. Het was zo fijn om weer even in Kiev te zijn. Ik heb Boris weer gezien en kennis gemaakt met zijn nieuwe vriendin Irina. Jammergenoeg geen Oekraïense, maar wel een leuke meid. Ze komt uit Wit-Rusland. En met mijn oude vrienden heb ik feest gevierd. De stemming was nu zo anders vergeleken met vorig jaar. Iedereen is zo optimistisch en er hangt een sfeer van lente, van belofte in de lucht.”
“Wanneer ben je teruggekomen?”
“Gisterenavond. Ik wilde de beëdiging van Joesjtsjenko nog meemaken. Het was één groot feest.” Aleona glimlacht bij de herinnering. “Het grote plein in Kiev was helemaal oranje versierd en iedereen zong en was blij. Er werden oranje ballonen losgelaten.”
“En witte duiven.” Vult Manon aan. “Ik heb het gezien op televisie. Heel indrukwekkend. Maar die beëdiging zelf vond ik een aanfluiting.”
“Vanwege die knots zeker.” Aleona schiet in de lach: “Dat is de strijdknots van Chmelniski, de Willem van Oranje van Oekraïne. Het is gewoon een folkloristisch ding. Waarom ze hem erbij gehaald hebben weet ik niet, ik denk dat ze het gewoon leuk vonden, maar ik heb gehoord dat daar hier nogal wat gemor over is geweest.”
“Dat folkloristische ding was anders wel het attribuut van iemand die tien- misschien wel honderdduizenden joden heeft laten folteren en vermoorden. Ze zeggen dat alleen Hitler hem heeft overtroffen. Het lijkt me toch niet dat je als nieuwe president van Oekraïne hiermee vergeleken wil worden.”
“Ach, dat moeten jullie niet zo zwaar nemen.”
“Maar hij kuste hem!”
“Knots of geen knots, het gaat erom dat Oekraïne nu een goede president krijgt.” Aleona wuift met haar hand Manon’s bezwaren weg. “Die snel aan de slag moet. Joesjtsjenko moet nu eerst bij Poetin op bezoek en dan moet hij het land zo snel mogelijk Europa binnen loodsen. Daar heeft hij nog een aardige klus aan, want dat kan niet zolang het land nog zo corrupt is. Ook de persvrijheid en de rechtspraak voldoen absoluut niet aan de Europese eisen.”
“Daar tillen ze tegenwoordig toch niet meer zo zwaar aan?” Manon haalt haar schouders op. "Roemenië voldoet in dat opzicht ook absoluut niet aan de eisen en die mogen toch ook toetreden over twee jaar?”
“Er wordt niet altijd met dezelfde maten gemeten, Manon.”
“Hoe zit het eigenlijk met de doodstraf in Oekraïne?”
“Die is godzijdank vijf jaar geleden afgeschaft. Maar er wordt nog altijd veel gemarteld en mishandeld.” Aleona slaakt een diepe zucht. “Maar ja, waar niet? In de Verenigde Staten is ook pas weer een wetsvoorstel geschrapt voor het verbod op foltering en onmenselijke behandeling. En dat geldt toch echt als een modern, westers en vrij land. Abu Ghraib was de beruchtste martelgevangenis ter wereld onder Sadam Hussein, maar wat er daar nu allemaal onder Amerikaanse vlag gebeurt, is ook vreselijk. En wat dacht je van Guantánamo Bay? Rumsfeld heeft de lijst met toegestane ondervragingstechnieken al twee keer uitgebreid. Dat betekent dat gevangenen nu naakt en geblinddoekt meer dan twintig uur achter elkaar ondervraagd mogen worden. En daarbij mag je dan ook nog eens honden gebruiken om ze te intimideren en dat zijn heus niet van dit soort hummeltjes.” Ze kriebelt over Bobbe’s kopje. “Verder mag een gevangene dertig dagen achter elkaar in een isoleercel gestopt worden. Er zijn getuigenbeschrijvingen dat mensen zonder airconditioning of ventilatie urenlang zonder voedsel of water in foetushouding op de vloer in hun eigen uitwerpselen liggen.”
“Ik heb ook al die kiekjes gezien.” Manon kijkt naar de sneeuwklokjes tussen de half met sneeuw bedekte bladeren. "Vooral die foto’s waarop soldaten triomfantelijk lachend staan te poseren achter hun wandaden zijn walgelijk. Volgens mij genieten ze er echt van. Neem nou die Lynndie England, die vriendin van die Amerikaanse militair die nou veroordeeld is...”
“Graner.” Aleona knikt.
“Ja, die! Wat bezielt zo’n vrouw om zoiets te doen? Doet ze dit om haar vriendje te behagen? Of vindt ze het gewoon fijn? Daar kan ik me nou helemaal niks bij voorstellen. Het lijkt zo’n gewone vrouw. Dat vind ik juist zo eng. Hoeveel mensen die je dagelijks op straat tegen komt zouden ook zoiets doen?”
“Veel. Daar maak ik me geen enkele illusie over.” Aleona heeft een diepe frons tussen haar wenkbrauwen. “Maar ik ben bang dat wat nu aan het licht is gekomen maar een topje van de ijsberg is. Die foto’s van die Britse militairen zijn bij toeval ontdekt door iemand in een ontwikkelcentrale, maar de meeste martelingen worden heus niet op foto vastgelegd. En de kans dat het beter wordt is ook niet bepaald groot nu met die benoeming van die Gonzales.”
“Is dat die man die minister van justitie moet worden in Amerika?”
“Ja. En het is een man die vindt dat martelen soms noodzakelijk is.” Aleona’s stem klinkt bitter. “Hij heeft er twee jaar geleden bij Bush voor gepleit om gevangenen van terroristische groeperingen, zoals de Taliban en Al Qaeda, niet te behandelen volgens de regels van de Conventie van Genève, omdat ze die niet ondertekend hebben. Een juridisch truckje. Gonzales heeft Bush ook ingefluisterd dat hij daarom ook het recht heeft om de wet en de internationale verdragen voor wat betreft martelen aan zijn laars te lappen.”
“Hoe kan Bush nou zo’n man benoemen?” Vraagt Manon verwonderd. “Daarmee gooit hij toch alleen maar olie op het vuur? En hij heeft het al zo moeilijk met die verkiezingen in Irak aanstaande maandag. Ik ben trouwens benieuwd of er überhaupt wel iemand naar de stembus zal gaan met al die aangekondigde aanslagen.”
“Wat wou je dan? Uitstellen?” Aleona schudt haar hoofd. “Dat sterkt die terroristen alleen maar in hun idee dat aanslagen, of alleen de dreiging daarvan al, blijkbaar een probaat middel zijn om de verkiezingen tegen te houden. Ik denk dat het geweld dan alleen maar langer door gaat. Trouwens, als je de verkiezingsdatum gaat verplaatsen heb je een juridisch probleem omdat het in strijd is met de grondwet. Daarbij komt ook nog dat ze zich moeten houden aan VN-resolutie 1546. Daarin staat dat de Iraakse verkiezingscommissie de datum mag vast stellen. Als die datum veranderd zou worden is de kans groot dat de Shi’ieten de wapens weer oppakken en dan wordt het echt een chaos.”
Het dikke vogelvrouwtje strompelt voorbij en wijst naar een mooie vogel op een boomstam tegenover hen. “Bonte specht.”
“Heeft ze nou al nieuwe knieën?” Vraagt Aleona als het vrouwtje is doorgelopen.
“Nee.”
“Volgens mij gaat dat ook nooit gebeuren. Ze loopt al zeker vijf jaar zo. Ze is trouwens ook veel te dik.”

Gepubliceerd: 25-01-07. Vond plaats op: 25-01-05. Tags:  Irak ; mensenrechten ; Oekraïene ; politiek buitenland ; verkiezingen ;